03 januari 2012

Een kennismaking met autisme in fictie

Hoe werkt het brein van een 15-jarige jongen met autisme? Voor het antwoord op die vraag kun je een van de vele non fiction-boeken raadplegen. De droge feiten zullen je vertellen over Theory of Mind, coping-stijlen en detaildenken. Maar wat doet dat allemaal met de betrokkene in het dagelijks leven, als de verwarrende werkelijkheid van de sociale wereld zich aan je opdringt? Voor dat antwoord kun je terecht in Mark Haddon's roman 'Het wonderbaarlijke voorval met de hond in de nacht'.

Hoofdpersoon Christopher Boone vertelt in het boek zijn verhaal: hoe hij naar aanleiding van een dodelijke aanslag op het hondje van de overbuurvrouw er langzaam achterkomt hoe de volwassenen in zijn leven een totale puinhoop van hun leven hebben gemaakt. Christopher maakt ons daarbij deelgenoot van hoe hij dit alles beleeft.

Het boek leest als een trein (dit soort vergelijkingen mogen van de hoofdpersoon, in tegenstelling tot metaforen) en is afwisselend spannend, humoristisch en tragisch, waarbij steeds de 'kennisvoorsprong' van de niet-autistische lezer op de hoofdpersoon met autisme het effect versterkt. 'Het wonderbaarlijke voorval met de hond in de nacht' laat daarnaast zien dat kinderen met autisme ook hun talenten hebben. Zo is Christopher een begaafd analyticus en is hij een kei in wiskunde.

Knappe roman, met een verhaal dat nog lang blijft hangen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten