17 juni 2008

Edwin Mijnsbergen in COS

"Bibliotheken zullen meer en meer digitale informatie naar de klant moeten brengen. Op dit moment moet je voor het inzien van digitale krantenarchieven nog naar het bibliotheekgebouw komen. Dat heeft te maken met licenties. Het zou natuurlijk mooi zijn als je er gewoon van thuis uit in kunt. Ik vind dat informatie zoveel mogelijk vrij toegankelijk moet zijn. Open access, daar geloof ik in." Aldus Edwin Mijnsbergen in een interview dat ik met hem had voor de nieuwe COS.

4 opmerkingen:

  1. Anoniem7:32 p.m.

    Ik ben wel benieuwd naar het artikel. Maar ook naar de mening van de auteur. Want zoveel mogelijk toegankelijk kent een keerzijde. Wie zorgt voor de informatie? Die moet toch ergens van betaald worden? Of is COS straks ook 'gratis' via het internet te lezen. En waar komen de inkomsten van COS vandaan, met andere woorden: Wie gaat Erno betalen? En welke content gaan we lezen als er indirect inkomsten gegenereerd moet worden? Gaat de overheid dat betalen?
    Ik ben ook wel benieuwd wat Edwin Mijnsbergen daarvan vindt. Ten slotte gaat voor niets de zon op!

    Peterter

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dag Peter,

    Die inkomsten, daar heb je een goed punt mee, maar er zijn inmiddels zoveel gratis alternatieven dat dat model geen stand meer kan houden. Het gros der mensen heeft geen tijd meer, of zin in, drempels.

    Natuurlijk moet er ook betaald worden maar wel volgens andere modellen. Een mooi voorbeeld vind ik de NY Times.

    Zij verdienden 10 miljoen per jaar met hun archief maar kiezen toch voor een open benadering nu, omdat dat meer oplevert. Als je een krant of tijdschrift graag leest koop je het toch wel, alles van de computer is niet zo prettig.

    Wat je nu vaak ziet is dat mensen alleen door gericht te zoeken op bibliotheek.nl komen, en niet via Google, waar meer dan 80 procent gebruik van maakt (en ook alleen daarvan). Als ze dan gaan zoeken in de overkoepelende zoekmachine, de Aquabrowser, vinden ze interessante krantenartikelen. Als ze daar op klikken staat er "ga naar de bibliotheek als u dit artikel wilt inzien".

    Dat is inderdaad een licentiekwestie maar juist omdat er zoveel gratis content is raken we veel van die mensen kwijt, soms misschien wel voorgoed.

    Ik schreef laatst ook over een boekje van Cory Doctorow, Little Brother, dat op alle manieren gedownload kan worden. Dat gebeurde ook veelvuldig maar had ook als resultaat dat het in de top van verkochte gedrukte boeken kwam, heel recent nog.

    En in de muziek wordt ook steeds vaker ingezien dat het zo werkt.

    Zichtbaarheid en handreikingen zijn in mijn ogen essentieel geworden. Juist vanwege de overvloed.
    Nu wordt er heel veel geld uitgegeven aan collecties en abonnementen op beperkt toegankelijke databanken die nauwelijks worden gebruikt.

    Dat betaalt de belastingplichtige!


    Vriendelijke groet,

    Edwin Mijnsbergen

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Anoniem12:39 p.m.

    Dag Edwin,

    Bedankt voor de snelle adequate toelichting. Tsja, De New York Times. Daar noem je een krant. Waar halen zij die miljoenen winst vandaan? Hoe journalistiek en onderzoekend zijn zij? Schrijven ze wat de lezers willen lezen of wat verkoopt of zijn ze kritische waakhond van de democratie? Ik waag dat laatste te betwijfelen.

    Veel informatie, veel te veel informatie is voor handen. Big Brother is watching in a brave new world. Kortom: we moeten wellicht gaan investeren in de handigheid, de zorgvuldigheid en het kritisch bewustzijn van de internetter. Welke bronnen zijn betrouwbaar, hoe boor ik ze aan en hoe ben ik zelf een betrouwbare bron? Wellicht dat investeringen in kritische burgerschap belangrijker zijn dan de investeringen in informatie zelf.

    Peterter

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Dat ben ik helemaal met je eens. Ik zie daar ook een taak voor bibliotheken.

    Maar het blijft een feit dat je er eerst voor moet zorgen dat je in beeld komt bij de mensen en dat ze je vertrouwen, bij je terugkomen, enz. Dat is veel minder vanzelfsprekend dan een paar jaar geleden.

    De toekomst is een spannende!

    BeantwoordenVerwijderen